Art. 41 Sr
- Niet strafbaar is hij die een feit begaat, geboden door de noodzakelijke verdediging van eigen of eens anders lijf, eerbaarheid of goed tegen ogenblikkelijke, wederrechtelijke aanranding.
- Niet strafbaar is de overschrijding van de grenzen van noodzakelijke verdediging, indien zij het onmiddellijk gevolg is geweest van een hevige gemoedsbeweging, door de aanranding veroorzaakt.
Lid 1 (noodweer)
VOORWAARDEN
- Noodzakelijke verdediging.
- Proportionaliteit: de verdediging moet qua verhouding gelijkstaan aan de aanranding. (Als het hier misgaat kijk je verder naar de noodweerexces).
- Subsidiariteit: je mag geen ander alternatief hebben dan de verdediging. (Zo wel, dan ook geen noodweerexces mogelijk).
- Ogenblikkelijke wederrechtelijke aanranding.
- Eigen of eens anders lijf, eerbaarheid of goed.
Dit is een rechtvaardigingsgrond en neemt dus de wederrechtelijkheid weg.
Lid 2 (noodweerexces)
VOORWAARDEN
- Een noodweersituatie
Dus alle voorwaarden van de noodweer, zoals hierboven. - Een hevige gemoedsbeweging.
- De hevige gemoedsbeweging is veroorzaakt door de aanranding.
- De noodzakelijke verdediging wordt overschreden
De proportionaliteit van de noodweer gaat mis.
Twee soorten:
- Intensief exces: de verdediging gaat te ver (bijv. iemand geeft jou een klap en jij schiet diegene neer).
- Extensief exces: de verdediging gaat te lang door.
Dit is een schulduitsluitingsgrond en neemt dus de schuld weg.